Kreupelheid
Kreupelheid bij paarden komt regelmatig voor. Het kan zijn dat uw paard niet helemaal lekker loopt tijdens het rijden of dat u uw paard stokkreupel uit de weide haalt. De oorzaken zijn divers: van acute hoefzweer tot chronische peesblessures. Er is een verschil tussen acute en chronische kreupelheden. Acute kreupelheden zijn bijvoorbeeld hoefzweren, kneuzingen, botscheuringen etc. Chronische kreupelheden zijn eerder het gevolg van overbelasting of slijtage, zoals artrose.
Na de anamnese zal de dierenarts verder onderzoek uitvoeren. Afhankelijk van de klachten kunnen verschillende onderzoek uitgevoerd worden. De visiteertang wordt gebruikt om pijnlijkheid in de hoef te controleren. Door palpatie van de benen zijn zwellingen en verdikkingen of verhoogde op te merken. Met een kreupelheidsonderzoek bekijkt de dierenarts het paard in beweging.
Het kreupelheidsonderzoek start met het paard aan de hand te laten bewegen, zowel in stap als in draf, over een rechte lijn op een harde ondergrond. Ook kan gevraagd worden om het paard te longeren op harde en/of zachte bodem. Vervolgens worden eventueel buigproeven uitgevoerd: de dierenarts controleert hoe makkelijk het paard zijn been buigt en de manier waarop het paard weg draaft na het buigen.
In sommige gevallen is verder onderzoek nodig: dankzij het mobiele röntgenapparaat en echografietoestel zijn we in staat om direct röntgenfoto’s en/of echografische scans te maken. Zo zijn mogelijke letsels aan botten en pezen zichtbaar. Afhankelijk van de diagnose wordt samen met de dierenarts een behandelplan met eventueel bewegingsadvies opgesteld.